De katholieke kerk

Als zuiderling met katholieke roots ben ik opgegroeid. Nadat ik in 1964 mijn eerste communie heb gehad, ben ik tijdens mijn basisschooltijd misdienaar geweest en heb in mijn tienerjaren gezongen bij de toenmalige Jongerenmissen Dongen.

Allemaal verleden tijd want hierna kwam paus Johannes Paulus 2 aan de macht en daar heb ik het nooit mee gehad. Een rechtse dictator die met zijn tournees door donker Afrika en Zuid-Amerika het geboortebeperkingsprogramma van de diverse ontwikkelorganisaties dusdanig in de war gooide dat hongersnood en Aidsepidemieën in mijn ogen bijna direct hiervan het gevolg waren. Bedankt God. Daarmee zijn de wegen van de katholieke kerk en mij gescheiden. Ook in die kerk is iets treurigs ontstaan. De laatste vernieuwing met enig effect ligt al zo’n kleine 40 jaar achter ons toen besloten werd in het Nederlands de eucharistievieringen op te dragen. Sindsdien is er niets meer veranderd. Het geheel is een standaardritueel waarbij de pastoor, of pastor zoals deze tegenwoordig heet, ongeveer 10 minuten heeft om het variabele deel in te vullen. Ik kom eigenlijk alleen in de kerk bij bruiloften, begrafenissen en soms wanneer er een herdenking is aan mijn overleden vader. En telkens verbaas ik me hier weer over. Doordat we bij de lokale omroep ook gereformeerde en hervormde diensten uitzenden, valt mij op dat binnen deze kerken veel minder aandacht is voor de rite, maar vooral op inhoud wordt ingegaan. In mijn ogen een veel betere basis om de overtuiging over te brengen en de aandacht te houden. Ik heb zelfs gehoord dat er een dominee is, die PowerPointpresentaties in zijn kerk houdt. De muziek in de protestantse diensten vind ik stukken minder dan in de katholieke kerken. Het zijn in mijn ogen nogal stijve gezangen, terwijl door de aandacht voor het decorum in de katholieke kerk vaak prachtige muziek te horen is. Door het gebrek aan vernieuwing zie je ook dat slechts een harde kern overblijft in de kerk. Vaak inmiddels wat oudere mensen bevolken de kerkstoelen of -bankjes. En als ik er ben ontstaat er bij mij wel iets dualistisch. Heel de week word je opgedreven door werk en verplichtingen en dan zit je plotseling in een wat kouwelijke kerk een dik uur stil, zonder stress, computer of gezelschap, want praten is uit den boze. Je komt er wel tot rust. Het gebouw is ook vaak interessant met soms een kleurrijke geschiedenis. En ook van die gebouwen zou ik ondanks de bestemming niet af willen. Ze horen bij het straatbeeld. En ondertussen lopen de rituelen gewoon door op de zondagochtend. Net voor het tafelgebed wordt er een collecte gehouden en onvoorstelbaar: bijna iedereen gooit er een gulden in, evenals bijna 40 jaar geleden. Als ik dan om me heen kijk en zie wat alleen de kosten al zijn om zo’n gebouw overeind te houden, dan snap ik gelijk dat dit niet uit deze armzalige collectes kan worden gefinancierd. Dan zie ik ook in dat binnen de kerk ook inflatie is ontstaan en deze er niet is in geslaagd mee te gaan met de noodzakelijke veranderingen, waaronder het mobiliseren van haar gelovigen. Als dit wel zou lukken waren die guldens waarschijnlijk tientjes. En typisch is dat telkens wanneer ik in een kerk zit ik de pastor toespelingen hoor maken dat het vroeger allemaal beter was. Kijk ik dan weer naar de realiteit van onze omroep, dan merk ik ook dat je dit ook hier kunt vertalen. Met het mogelijk wat meer bevlogen protestante gedeelte van onze gemeente kun je afspraken maken over deelname in het bestuur en aanlevering van diensten. Bij de katholieken is dit haast onmogelijk, en wanneer je al tot voorstellen komt gebeurt er niets. Eén geluk hebben de katholieken dit jaar nog; met Kerstmis zit de kerk vol. Saamhorigheid vertaalt zich hier in één jaarlijkse gebeurtenis. Het wordt tijd dat er wat gebeurt. Amen

KLIK OP ONDERSTAANDE KNOP OM DE ERGERNIS TE BELUISTEREN

Beoordeel dit bericht