Er wordt weer gepraat over het houden van een referendum. D66 steekt de kop weer op na maanden van bezuinigingsvoorstellen van de VVD. Over de Europese grondwet gaan we waarschijnlijk op 10 juni 2004 onze mening uiten. Met ons wordt dan bedoeld het handjevol mensen dat niet op vakantie is; bij gebrek aan een leuk programma op tv omhoog gekomen is; toch even moest wandelen met de hond; de moeite heeft genomen het stembureau op te zoeken. Nederland is zo verwend met zijn democratische beginselen dat het lijkt op de omgang met je moeder: de beste vrouw ter wereld, maar niet teveel verwennen, zelfs een beetje verwaarlozen zolang ze niet om hulp roept. Het referendum was nu zoiets dat de VVD gerust in het regeerakkoord kon laten zetten dat dit wel tot de mogelijkheden zou moeten behoren uit de staalkaart van burgerbetrokkenheid. Als het puntje bij paaltje zou komen konden ze toch altijd tegenstemmen en zou D66 als kleinste jongetje in de klas gewoon pech hebben. Maar wat schetst de verbazing.
De nieuwe voorman Aertsen staat blijkbaar niet zo stevig in zijn schoenen en denkt dat het belang van die nieuwe grondwet zo belangrijk is, dat zelfs hij van mening is dat we dit de burgers direct moeten gaan vragen. Het gaat dan niet om een bindend referendum, maar adviserend. Ik zie het verschil niet. Als je iets vraagt en men spreekt zich uit en vervolgens legt men het weer naast zich neer; daar kun je niet mee aankomen. Dan maak je je belachelijk en ongeloofwaardig. We gaan ons dus uitspreken, althans het handjevol fanatiekelingen dat nog wel genegen is de democratische waarden van ons land te koesteren en de moeite neemt om dit ook daadwerkelijk te gaan doen. De uitslag zal nooit representatief zijn. Uitsluitend uitgesproken meningen zullen worden geïnventariseerd. De grote groep, die vaak niet eens een benul heeft waarover het gaat, blijft thuis zitten. Weten zij veel. Alle informatieprogramma’s ten spijt zal 80% van de bevolking het dan 4 maanden oude kindje van Maxima en Willem Alexander, of de uitslag van Idols belangrijker vinden dan de Europese grondwet. Bij het idee alleen al krijgt men slaap. Wanneer je op ze inpraat en zegt dat het over je eigen toekomst en dat van de kinderen gaat maakt ze alleen maar onzekerder. Oei, is dit belangrijk? Merken we hier dan iets van? Krijg ik dan meer geld? Maar ik weet hier niets van? Ja, hoe moet ik dit weten? En daar zit je dan met je informatiemaatschappij. Wat je ook brengt of zegt, zolang de mensen het zelf niet direct voelen willen ze hiervan ook niets weten. Een referendum ten spijt. Is dit dan de oplossing om te weten wat er speelt? Net zo min als de representativiteit van de eerste en tweede kamer. Zonde van de moeite al is het erg charmant.