Euro-evaluatie

Hij is er nu bijna twee jaar en rijp voor een evaluatie: de Euro. Na een zeer indringende campagne is in 2002 onze nieuwe munteenheid ingevoerd. Dit is niet zonder slag of stoot gegaan. Binnen no time waren alle vertrouwde guldens uit het portemonneebeeld verdwenen, om plaats te maken voor het Europese eenheidssymbool: de euro, dezelfde munt voor iedere Europeaan.

Het duurde lang voor we eraan gewend waren en eerlijk, ook ik reken nog steeds euro’s om in guldens wanneer het om echte waarde gaat. Da’s niet zo best na twee jaar nog. Door prijsstijgingen, inflaties, veranderde prijsverhoudingen, dalende economie en supermarktoorlogen is vergelijken met de gulden eigenlijk onzin geworden. Maar toch, we kunnen onze gulden maar niet loslaten. Inmiddels via wokkels omgebouwd tot fietssturen zullen we het toch zonder onze geliefde florijn moeten stellen. Nog steeds denk ik weemoedig terug naar de duidelijke muntjes, het dubbeltje dat altijd in de voering van je jas of knip terecht kwam. De stuiver die totaal anders van materiaal en formaat was. Zelfs denk ik nog wel eens aan ons oude centje. Een blik in je portemonnee in 2000 leverde in één oogopslag een erg nauwkeurige schatting van de inhoud op. Nu niet meer. Het kan ook wel zijn dat mijn ogen er niet beter op worden, maar als ik nu mijn portemonnee open ontstaat er altijd een gevoel van irritatie. Een veelheid aan soorten muntjes die je echt moet vasthouden en bestuderen voordat je weet wat het voorstelt. Na intensieve bestudering en wat rekenwerk weet je eindelijk wat je in je hand hebt. Vooral bij fel tegenlicht is het haast onmogelijk goed bij te passen. Ze lijken teveel op elkaar. De één en twee centen, en de 10 en 20 centen. De oplossing is nabij. Nauwelijks twee jaar na invoering overweegt men de 1 en 2 centen uit de roulatie te nemen en daarmee twee van de acht munttypes te laten verdwijnen. In winkels wordt dan afgerond op 5 eurocent. Van mij mag het. Zijn we weer terug naar 6 munten. Ik blijf het alleen vreemd vinden dat zoiets niet bij de introductie is bedacht. Een tweede enorme verbetering zou zijn als de 20 eurocent fluorescerend groen zou worden gespoten. Dan herken ik die ook weer in ieder geval. Als dan ook nog de euro blauw, de twee euro geel en de 10 euro oranje wordt dan zijn we er helemaal. Naast deze 8 muntjes kent de euro ook 7 biljetsoorten. Ik zal je eerlijk zeggen dat ik nog nooit een 100, 200 of 500 eurobiljet heb vastgehad. En wat zie ik: de middenstand heeft en masse besloten om ze ook niet meer te willen. De afbeeldingen van de 200 en 500 eurobiljetten met een kruis erdoor zie je hoe langer hoe meer in winkels en sinds kort is de 100 euro daar ook bijgekomen. Kortom, de behoefte aan heel klein en heel groot geld wordt minder. Mede ook ingegeven om een zo klein mogelijke geldvoorraad in huis te hebben en niet in de laatste plaats omdat hoe langer hoe meer vervalsingen in omloop komen. Het vervalsen is lucratief, want het verspreidingsgebied is enorm. Maar waar gaat dit naar toe? Eigenlijk hadden we veel drastischer moeten zijn in 2002. Wat geld? weg geld. Alleen nog chipknip, pinnen, betalen via telefoon en internet en dat was het. Dat ging nog niet en niet omdat oude mannetjes en vrouwtjes hier niet mee overweg zouden kunnen –hetgeen wel als reden wordt aangegeven – maar omdat het zwartgeldcircuit dan haast uitgebannen wordt. Dat kan natuurlijk niet. En een chipknip in een sok verstoppen is ook niet erg vanzelfsprekend. Dus zullen we het met deze middeleeuwse toestanden moeten blijven doen, alleen zonder twee munten en drie biljetten. Het wordt in ieder geval daarmee een stuk overzichtelijker.

KLIK OP ONDERSTAANDE KNOP OM DE ERGERNIS TE BELUISTEREN

Beoordeel dit bericht