In Europa heerst een nogal katerige sfeer na de twee referenda in Frankrijk en Nederland. Het kleine landje Luxemburg is nu tijdelijk de baas en heeft de handen vol om het allemaal in goede banen te lijden. We stonden als land ook behoorlijk in de picture in het buitenland en eigenlijk snapten ze ons niet. Nederland, één van de voorlopers en meest loyale oprichters van de huidige EU keert zich tegen de Europese gedachte?
Of heeft die Belgische minister van buitenlandse zaken toch een juiste analyse uitgevoerd door te zeggen dat de Nederlanders een proteststem hebben laten horen, vanwege het alsmaar meer mislukkende beleid van de Nederlandse regering, waarbij hij Balkenende het toonbeeld van kleinburgerlijke eigenzinnigheid vond. Het ergste is dat door de slechte verkiezingspolls de huidige regeringspartijen in de meest vreselijke vergissingen elkaar de hand boven het hoofd houden om maar te vermijden dat we naar de stembus moeten. Want dan wordt het dramatisch voor deze club. Ondertussen worden we bijna elk kwartaal wel geconfronteerd met slappe compromissen of onuitvoerbare wetten. Maar even terug naar Europa. Dit weekend begint er een top waarin de contributie aan Europa ter discussie komt. Blijkbaar zijn we altijd zo braaf geweest dat we inmiddels per hoofd van de bevolking bijna het dubbele betalen aan Europa dan onze buren. Dat is natuurlijk raar. Zeker als je de economische toestand bekijkt, doen we het momenteel net zo slecht als Duitsland, dus dit lijkt scheef. De kamer heeft dit ook ingezien en Balkenende krijgt de moeilijke opdracht om in Brussel te vertellen dat we het met de helft van de contributie ook wel af kunnen. Maar niet alleen in ons land is er gemor over de bijdrage aan Europa. In Engeland en Frankrijk is er ook beweging. Hoe langer hoe meer lijkt het alsof de pot in Europa de nivellering tot stand brengt tussen de arme en rijkere landen. De subsidies vloeien naar de armere landen en worden daarmee gesponsord door de rijke landen. Maar inmiddels zijn de rollen omgedraaid. Door al deze stimuleringsmaatregelen zijn landen als Portugal, Spanje en bijv. Ierland boven Jan gekomen en realiseren nu groeicijfers, waarvan wij maar kunnen dromen. We zijn jaloers en voelen ons zo langzamerhand in de steek gelaten. En daarmee lijkt de Europese gedachte hoe langer hoe verder van ons vandaan. Er steken ook nationalistische gedachten op bij uiterst links en rechts om ons af te keren van Europa. Ik zie dit lijdzaam tegemoet. De knulligheid waarmee de wereldvreemde technocratische ministersploeg het voor elkaar krijgt om de opinie over Europa zo’n negatieve draai te geven is stuitend. Haast niemand beseft meer dat dit continent tot pakweg 50 jaar geleden tot de enkels in het bloed stond en dat de huidige samenwerking historisch is. Wellicht gaat het een groot aantal landen wel te snel nu en mogelijk hebben ze ook wel wat gelijk. Door de grote verschillen binnen de interne markt van Europa zien we nu de werkeloosheid als een sluipmoordenaar weer op ons afkomen, terwijl we nog nooit zoveel Oost-Europese mensen over de vloer hebben gehad, die nu het zware en vuile werk opknappen. Als een Euro bij ons maar de helft waard is als in Polen ontstaan er zulke zaken. En door onze overmatige regelgeving zijn onze eigen werknemers duur en worden op tal van gebieden beschermd, terwijl de nieuwe buitenlanders niet gewend zijn aan deze regelgeving, er niet om vragen en met een fractie van de beloning genoegen nemen. Ik denk dat Europa wel door moet gaan met samenwerken, maar het tempo moet aanpassen, oog moet krijgen voor de nationale situaties en niet gelijk met de vinger omhoog moet staan. Om toch maar bij Luxemburg te blijven: Het moet een processie van Echternach worden. Eén stap achteruit en driemaal voorwaarts.