Sombere economische toestand

Vorige week heb ik les gehad van een professor aan de Erasmusuniversiteit in Rotterdam. Voor mijn werk volg ik daar een cursus. Deze professor is een kei in veranderingsmanagement en vier dagen in de week consulteert hij succesvol grote bedrijven: een echte icoon. Deze man deed echter wel een aantal opmerkelijke uitspraken: Eén: de recessie verdwijnt nooit. Door de hoge olieprijs en de toenemende schaarste aan energie in dit deel van de wereld, worden olie en gas onbetaalbaar.

Zijn advies als je nu twintig bent: leer Chinees en emigreer. Zoals het Romeinse rijk in een aantal decennia is afgebroken, zal dit ook met ons gebeuren. Wij tellen niet meer mee. Onze kinderen zijn verwend, ongedisciplineerd en slecht geschoold, salarissen zijn te hoog, men heeft geen echte werkpathos en we willen allemaal alles door de overheid geregeld hebben. Kortom, we willen vet op het vlees. Maar helaas, die tijden zijn voorbij, is zijn sombere toekomstbeeld. En als je dat hoort zeggen zo tegen je vijftigste dan denk je: shit, ik ben waarschijnlijk toch in het verkeerde tijdsgewricht geboren. Zijn mijn ouders met een moeizame jeugd er alleen economisch op vooruit gegaan; wij zijn in de bloei van ons leven in een economisch hoogtepunt beland om als van een glijbaan in de ellende te storten. En wat doen we er aan! Lijdzaam toezien betekent dat de voorspellingen nog sneller realiteit worden. We moeten dus gaan bedenken waarin we uniek zijn in de wereld. Wat kunnen wij wat andere landen niet zo goed kunnen. Om te beginnen watermanagement, met onze kroonprins voorop. Verder kunnen we heel goed baggeren en land maken. Ook in het bouwen van grote bruggen en zo, daar zijn we goed in. Maar helaas, wanneer we dergelijke grote bouwwerken gaan uitvoeren, zijn uit ons landje alleen de ingenieurs nodig, want de mensen ter plekke zullen het werk wel uitvoeren. En dat geldt ook voor de kennis op het gebied van kweken van gewassen. Vele agrarische ondernemers zijn de bemoeienissen en regelgeving in ons land al zo beu, dat ze inmiddels zijn vertrokken naar andere landen in Europa, Afrika, Azië en Amerika, om daar met het geld van de verkochte boerderij een megafarm op te richten. Wat blijft er dan nog over? Kansarme jongeren en relatief rijke ouderen, waarvan het vermogen per jaar afneemt als sneeuw voor de zon. De tweede opmerking van de professor ging over de energie: de prijs zal nooit meer dalen. De zestig dollargrens die onlangs is gepasseerd is slechts het begin van een nog veel grotere stijging. Het gevolg: energieverslindende landen, waaronder ook Nederland gaan hier onder gebukt. Direct na het bekend worden van dit olierecord breekt de discussie weer los over kernenergie. Twintig jaar bijna niet meer op de agenda geweest en nu wordt het ineens weer overwogen. Ik weet zelf niet of ik hier nu voor of tegen moet zijn. De opwekking van energie gebeurt zonder verbruik van fossiele grondstoffen, waardoor de beangstigende toename van de luchtvervuiling ten dele kan worden onderdrukt. Het grote nadeel is de veiligheid van deze centrales. Denk daarbij aan eventueel mogelijke terroristische aanslagen en de opslag van het radioactieve afval. Op zich problemen, waarmee met de nodige zorgvuldigheid rekening gehouden kan worden. Als ik lees dat men verwacht dat het door de hoge concentraties luchtvervuiling bouwplannen de kast in moeten, hetgeen honderdduizend banen kost, dan vraag ik me dan toch af of kernenergie mogelijk toch geen alternatief is. Ecologisch gezien zijn we namelijk zo ver doorgeslagen met het consequent afbreken van natuurlijke bronnen, dat we onszelf tekort zouden doen, als we niet meedoen met de gecontroleerde afbraak van de natuur. Zeker als grootverbruikende landen als de VS zich geen bal aantrekken van onze milieuafspraken, dan zijn we het braafste jongetje van de klas, maar ook het jongetje dat we niet willen zijn. Je hoort er niet bij; er komen dus nog slechtere tijden, maar –luisteraars- ga niet zitten potten. Het geld brengt nu niets op en met investeren pook je de economie weer op. De discussie deze week over direct beschikbaar stellen van het spaarloon om de economie een duw te geven, is volgens mij een illusie. De mensen zijn al jaren aan het potten, en als dit geld zou vrijkomen, wordt het gewoon naar een andere spaarrekening overgeboekt, voor slechtere tijden. Mogelijk met een wat meer flamboyante ministersploeg die een investeringsvoorbeeld geeft, zouden we wat kunnen bereiken. Maar dan zouden ze wel goed nieuws moeten brengen. En dat is ver te zoeken.

KLIK OP ONDERSTAANDE KNOP OM DE MIJMERING TE BELUISTEREN

Beoordeel dit bericht