CO2

Deze week werden er in de commissievergadering van de gemeente Dongen vragen gesteld over het CO2-gehalte van schoolgebouwen en andere plaatsen waarbij veel kinderen verblijven, zoals peuterspeelzalen en kinderopvang. Het onderwerp stond op de actielijst van maatschappelijke zaken. Wethouder Stoop deelde mee dat er in Dongen geen problemen zijn. Toevallig had de heer Huijsmans van de VVD–net als ik- gekeken naar een documentaire waaruit blijkt dat vooral bij de plaatsen die minder onder toezicht staan, zoals kinderdagverblijven en peuterspeelzalen er vaak veel te hoge concentraties kooldioxide in de lokalen en verblijven wordt gemeten.

Uit een steekproef die gehouden werd door het programma bleek dat ruim 70% van de gemeten kinderdagverblijven en peuterspeelzalen fors over de norm gingen. Het gevolg van deze normoverschrijdingen kan vooral bij jonge kinderen onder de vier jaar tot grote gezondheidsproblemen leiden zoals het ontstaan van COPD (astma) en concentratieproblemen. CO2-concentraties ontstaan door slechte ventilatie. Uiteraard staan alle gebouwen onder bouw- en woningtoezicht wanneer ze worden opgeleverd, maar door een gewijzigd gebruik van de ruimte of gewoon omdat men te weinig de ramen open doet kan er dus een ventilatieprobleem ontstaan. De Dongense politici zijn echter gemakkelijk te misleiden door de wethouder. Wethouder Stoop deelde namelijk mee dat er geen problemen waren geconstateerd door de GGD en de schoolleidingen. En daarbij komt dat onderzoek erg duur is: een beetje een onderzoek zou al gauw zo’n 1600 euro kosten. Geschrokken door de kosten gingen de politici met dit vage antwoord akkoord en werden de volgende punten op de actielijst afgewerkt. Iedereen weet dat je CO2 niet zomaar kunt waarnemen, en de concentratie is zo veranderlijk als het weer. Als een kouwelijke juffrouw weigert de ramen open te doen terwijl de CO2-waarde stijgt tot boven de norm, kan dit dus zomaar gebeuren. Het is dus naast een technische voorziening ook een uitvoeringsvoorschrift van iets waarvan je niet zeker weet of men zich daaraan houdt. Uiteraard als het stinkt in de klas zal het zeker niet goed zijn, maar echte waarneming is niet met het blote oog te doen. Als men dus komt meten kan het allemaal prima kloppen, maar een uur later kan het weer heel anders zijn. Incidenteel meten heeft dus helemaal geen zin en is terecht zonde van het geld om dergelijke incidentele metingen uit te voeren. Het is blijkbaar wel een serieus probleem, vooral voor jonge kinderen en als de wethouder dan beweert dat er geen klachten zijn kan hij deze conclusie niet doen. Allerlei andere klachten, zoals ondermaats presteren van het kind is simpelweg niet toetsbaar. Het CO2-gehalte kun je dan weliswaar niet zien, maar is wel te meten. Daarvoor zou in elk lokaal een CO2 censor moeten komen hangen. Deze investering zou voorschrift moeten worden, net zoals er voorschriften zijn voor vierkante meters per leerling en het aanwezig zijn van daglicht. Een censor kost eenmaal per lokaal ongeveer 400 euro. Door deze objectieve meting kunnen de begeleiders bepalen hoe er geventileerd moet worden. Dus gemeente: ontkennen is niet de oplossing, gewoon de voorschriften aanpassen. Dat kost dan wel een paar centen, maar als we daardoor slimmere en gezondere kinderen krijgen is dit geen weggegooid geld. En slimme kinderen hebben we in de toekomst nog hard genoeg nodig.

KLIK OP ONDERSTAANDE KNOP OM DE MIJMERING TE BELUISTEREN

Beoordeel dit bericht