De regionale krant raakt er niet over uitgeschreven. Het protest van de horeca tegen het rookverbod. Hoe langer hoe meer gaan cafés zich organiseren om de asbak weer binnen te kunnen zetten. Nu ben ik zelf geen roker, maar ik begrijp dat roken, net als drinken, naast een verslavend ook een sociaal gebeuren is en juist de behoefte sterker is als mensen elkaar ontmoeten en tot rust (willen) komen. De nicotine helpt de rokers van stress, althans zo voelen ze het. Dat het feitelijk komt dat de stress ontstaat omdat de drang naar een sigaret te groot wordt bij een veranderende omstandigheid en daardoor puur een verslaving is, willen de rokers niet echt aan.
Een ander item is dat men als smoes gebruikt dat men moeite heeft met stoppen, omdat je dan zo dik wordt. Roken als een Sonja Bakker-assist. Het feit dat je lichaam zo reageert, geeft al aan wat voor een verwoestende werking de sigaret heeft. Dat je ook nog een zeer vergrote kans hebt om ongezondere kinderen te krijgen, longkanker en daarbij nog eerder dood gaat, wordt afgedaan met: je zult toch wel een keer dood moeten gaan. Maar de rookmaatregel is er natuurlijk niet gekomen om de roker tegen zichzelf te beschermen, maar vooral de omgeving. Aanvankelijk zou er geen sprake zijn van een rookverbod, maar zou de horeca zelf maatregelen moeten nemen om de omgeving geen last te laten hebben van de rokers. De sector, vaak bestaande uit zelf stevige rokers, pakte deze uitdaging veel te slap aan, waardoor de regering van mening werd, om in navolging van andere landen regelgeving voor te schrijven. Dom van de horeca, want juist in deze tijd groeiden de bomen tot in de hemel en had je als onderneming juist de kans om dit probleem als een kans aan te pakken. Een slimme zet leek het om de omstreden wetgeving in te voeren midden in de zomer, zodat de mensen nog gemakkelijk even naar buiten konden om te roken. Ook dit had weer niet het gewenste effect, want daardoor ontstond er weer troep en herrie rondom de kroeg, waardoor buurtgenoten weer begonnen te klagen. Was de geluidshinder in de afgelopen jaren tot binnen de muren van de cafés gereguleerd, nu beginnen ze buiten lawaai te maken. Om de roker tegemoet te treden met een verwarmd terras bleek ook nog eens tegen milieubezwaren te stuiten en niet-rokende terrasgangers, die hun kans zagen het terras ook rookvrij te krijgen, zeker na de overbevolking door rokers. De propagandamachine van minister Klink beweert dat alles goed gaat, maar ik zie in onze Brabantse omgeving het protest stevig groeien. In Brabant waar van oudsher veel kleine cafeetjes staan en al honderden jaren stevig wordt gepaft in de horeca. Een bijkomend probleem is dat de economie aan het inzakken is en mensen de hand op de knip houden. De horeca is vaak als eerste het slachtoffer. Wellicht mogelijk onterecht wijten de cafébazen het rookverbod als schuldige voor de terugdringende klandizie. Smalend verwijt de horeca het wegblijven van de niet-roker in de kroegen. Ze zeggen geen nieuwe klanten te hebben gekregen na 1 juli met de invoering van de rookmaatregel, terwijl juist de gezonde maar vaak ook minder gezonde niet-rokers klaagden de horeca te mijden vanwege de overlast. Afgezien van de verslechterende economische omstandigheden zit cafébezoek ook nog niet in hun systeem; en dat verander je niet zomaar. In mijn opinie is het rookverbod in de horeca geen goede oplossing, hoewel ik er als niet-roker wel blij mee ben. Juist de kleine ondernemer aan het einde van de keten wordt gedwongen als een politieagent tegen zijn klanten op te treden, terwijl het juist om gezelligheid en sfeer gaat in deze etablissementen. Een veel betere oplossing is als roken in zijn totaal verboden wordt. Is er nu alleen een koopverbod voor kinderen onder een bepaalde leeftijd; dit zou moeten worden uitgebreid met een gebruiksverbod in het openbaar, dus ook in de horeca. Dat gebruiksverbod wordt elk jaar 1 jaar opgehoogd en zo ben je in pakweg 70 jaar totaal af van het roken. Begin in 2009 met het verbieden van roken voor onder-12 jarigen, in 2010 voor 13 jarigen in 2011 voor 14 jarigen en in 2020 is het probleem al grotendeels opgelost. Als iemand de puberteit voorbij is zal hij of zij niet zo snel meer starten met roken, is aangetoond. Zet hierbij de scholen en ouders in, zodat je vooraan in de keten het probleem oplost. En verdeel de cafés in rookvrije, rookarme en rookrijke kroegen en geef dit duidelijk aan op de buitenkant van het gebouw. Dat ontslaat de rookrijke cafés niet van maatregelen. Ook rookrijke kroegen zullen door middel van effectieve ventilatie moeten zorgen voor schone lucht;. Rookarme cafés hebben gescheiden rook en niet-rookruimtes en de rookvrije horeca staat roken niet toe. Dan blijft de vraag nog over dat het personeel recht heeft op een rookvrije werkomgeving. Als er voldoende (afgedwongen) maatregelen worden getroffen om de luchtkwaliteit van het café te waarborgen, dan kan dit geen probleem zijn. Als we op de maan kunnen landen kunnen we ook voor schone lucht zorgen. Bovendien zijn er ook wel andere omstandigheden waarbij werknemers aan ellende worden blootgesteld waar geen regelgeving voor is. Je weet nu eenmaal de risico’s van een vak en daarvoor kies je ook zelf. Maar deze drooglegging wordt een fiasco, waarbij mensen tegen elkaar worden opgezet en burgerlijke ongehoorzaamheid in de hand wordt gewerkt. Als de regering werkelijk iets aan het roken wil doen moeten ze beginnen bij de kinderen en niet een noodlijdende bedrijfstak daarmee lastig vallen. Maar de economische belangen bij roken zijn voor de regering waarschijnlijk te groot en de miljoeneninkomsten van accijnzen kunnen moeilijk worden gemist. We zullen zien wat er gebeurt als de rook optrekt.