“De gemeente zet zich samen met de inwoners van Dongen in om het door hen gewenste klimaat op een financieel verantwoorde wijze te creëren en in stand te houden, zodat Dongen een gemeente is waar het prettig wonen, werken en leven is en waar maatschappelijke participatie voor iedereen zoveel mogelijk bereikbaar is.”
Dit is de missie die in de raadsinformatiebrief in november 2010 de raad kreeg voorgeschoteld om ervoor te zorgen dat de inwoners van Dongen actief gaan participeren in de samenleving van Dongen.
Als je op de letter leest wat er staat is de missie nogal vaag en vol suggestieve verwijzingen. Om te beginnen wil men met inwoners samen een “gewenst” klimaat gaan scheppen en in stand houden. Volgens mij is een gewenst klimaat zeer persoonlijk en vele Dongenaren zullen daar een ander beeld bij hebben. Wat is gewenst? De kaders hiervoor staan ook in dezelfde zin: het moet op een financieel verantwoorde wijze gebeuren. Als we er dus vanuit gaan dat iemand ons kan zeggen wat het gewenste klimaat is, suggereert de missie dat het ook niet teveel mag kosten, want het moet op verantwoorde wijze plaatsvinden. En “verantwoord” leg ik dan uit als zo goedkoop mogelijk, want we lezen overal dat er geen geld meer is in de gemeentekas en dat subsidies van instellingen daarom stevig worden gekort. Iets van een doelstelling staat ook in de missie: we moeten prettig wonen, werken en leven. Ook dat is een mooie roze wolk die ook suggestief is: wanneer is iets prettig?
Vaak worden de voorwaarden hiervoor geschapen door de individuele omstandigheden. Heb ik genoeg te besteden dan kan ik mijn eigen omstandigheden zo maken dat ik het in Dongen prettig vind om te wonen; daar heb ik de gemeente niet voor nodig. Vind ik een goede baas dan heb ik prettig werk en heb ik een prettig leven, dan is vooral het niveau van de basisvoorzieningen waar elke gemeente aan hoort te voldoen de randvoorwaarde. Maar dat wordt niet bedoeld, blijkbaar.
De laatste vage zin uit de missie is dat maatschappelijke participatie voor iedereen zoveel mogelijk bereikbaar is. Als er een zwetser-prijs moet worden uitgereikt in Dongen. dan komt de bedenker van deze onbegrijpelijke zin wel erg in aanmerking. Volgens mij participeert iedereen in de maatschappij en is dit per definitie geen doel en al gerealiseerd. Maar maatschappelijk zal wel uitgelegd worden als sociale participatie en daar schort het wel aan.
Als je de missie leest stelt dus de gemeente de randvoorwaarden voor participatie op. Ze hebben vorig jaar met het platform leefbaarheid en de wijkraden een nota opgesteld, die nu pas een jaar later op de agenda komt, juist nu er een begroting wordt behandeld waarbij de sociale participatie door forse kortingen voor de minder bedeelden nog moeilijker gaat worden. Want wil je ergens aan meedoen, dan kost dit per definitie geld; al is het alleen maar dat je contributie moet betalen, gekleed moet gaan en soms verleid wordt ergens een consumptie te nemen.
En wat gaan ze dan doen? Er wordt een digitaal InwonerParticipatiePanel opgericht om de bewoners interactief te betrekken bij het opsporen van betrouwbare informatie over belangrijke onderwerpen, zodat het gemeentelijk apparaat beter haar werk kan doen. Weer een duur bureau die 1000 Dongenaren ondervraagt en waar fors geld aan op gaat zonder dat er iets gebeurt.
In mijn ogen is juist de politiek in de vorm van de partijen verantwoordelijk de kaders te stellen voor het beleid en zouden die deze rol van voelsprieten in de samenleving moeten organiseren. Dat was toch de basis van het dualisme?
Daar komt in de praktijk echter weinig van terecht. De meeste partijen hebben hun zakken al vol met het beoordelen en bediscussiëren van de diarree aan nota’s en stukken die om de oren vliegen en al helemaal geen tijd om de was op te halen bij hun burgers. Nee, dan maar weer een duur loket openen, waarvan de kosten weer worden afgewenteld op de burger en het geld dus niet gaat naar de uitvoering.
Of ik ben zo stom of zij zijn zo slim maar in mijn optiek gaat inwonerparticipatie juist om het doen en niet om het denken. En dat kost geen geld, dat brengt geld op. Stel dat je bij de uitvoering van je beleid je eigen bewoners vanuit hun deskundigheid, interesse of maatschappelijke verantwoordelijkheid betrekt, dan is dit voor de gemeente goedkoper. Als bewoners of particuliere initiatieven zelf zaken uitwerken en uitvoeren, dan is er de gemeente er alleen voor om de randvoorwaarden te scheppen. En dat is vooral niet het opslokken van het initiatief. Ook burgerinitiatieven zullen zelf de middelen zoveel mogelijk moeten organiseren, die vaak bestaat uit de inzet van vrijwilligers. Als die daarmee beroepskrachten kunnen uitsparen, brengt dit dus geld op. Het adagium voor inwonerparticipatie zou moeten zijn “Bereik meer met uw burgers” en laat het denkwerk maar over aan de politiek. Die zijn gekozen om juist de rol van volksvertegenwoordiging op te nemen. De burger zou de weg naar de politiek meer moeten vinden om te participeren in beleidsvorming van de gemeente. Laat daar de lokale politiek maar eens aan gaan werken, in plaats van deze verantwoordelijkheid uit de weg te gaan!