Sparen: Het nieuwe verzekeren

Ik werk in de financiële dienstverlening. Ja, ik hoor ook bij zo’n oplichtersbende als je de gemiddelde stemming onder het morrende volk mag geloven. Vanuit mijn positie –ik ben informatiemanager- beschouw ik de ontwikkelingen op bancair en verzekeringsgebied op een redelijk nabije afstand.Nu het crisis is, en een crisis die niet zomaar overwaait, noopt het ons land tot ingrijpende maatregelen. In het algemeen zijn vooral conservatieve partijen niet te spreken over ingrepen die ook nog eens de burger geld kosten èn investeringsruimte verkleinen. Toch zelfs uit deze hoek komen nu berichten dat er iets moet gebeuren.

In Nederland is sinds 1996 de hypotheekschuld ongeveer verzesvoudigd en stoomt op naar de totale waarde van het woningaanbod van Nederland. Dat wordt geschat op zo’n 1300 miljard euro. Als we dus niets doen lossen we op den duur dus helemaal niets meer af. En als dat totale woningaanbod ook nog eens minder waard gaat worden, krijgen we een situatie waarbij de totale waarde minder is dan de totale schuld. En de banken en makelaars zijn niet erg positief over de waardeontwikkeling van onze huizen, dus we zijn al op weg naar dit doomscenario.

Individueel ontstaan er al grote problemen. Als je tot de strot bent gefinancierd dan kan de waarde van je huis dus lager worden dan de hypotheekschuld. Zolang je nog werk hebt en de maandelijkse hypotheeklast kunt overmaken lijkt er niets aan de hand. Tot op een gegeven moment uit de OZB-waarde blijkt dat de waarde van je huis inderdaad lager is dan de schuld. Nog niets aan de hand als niet de bank hierdoor onrustig zou gaan worden. Want zij lenen jou hypothecair geld tegen voor jou relatief gunstige condities vanwege het onderpand. Maar wat als dat onderpand er onderuit glijdt? Wat gaat de bank dan doen? Bij een hypotheekherziening krijg je wellicht doodleuk te horen dat het verschil van waarde van het onderpand en de hypotheekschuld moet worden omgezet in een consumptieve financiering. Gevolg voor jou: Hogere rente, weg renteaftrek en nog hogere maandlasten, want je moet die consumptieve lening wel aflossen. Zelfs de oud-minister van financiën en thans bankdirecteur Gerrit Zalm roept vanaf vandaag –geheel tegen de oude liberale VVD standpunten in- dat direct op alle hypotheken vanaf nu zou moeten worden afgelost. In dit standpunt wordt hij hierbij gesteund door andere bankiers. Hij wil natuurlijk voorkomen dat de banken straks jouw hypothecaire schulden moeten gaan omzetten in consumptieve financieringen. Dan krijgen de banken helemaal de wind van voren van de publieke opinie. Door nu aflossingen te eisen voorkomen ze mogelijk deze hypothecaire schipbreuk.

Een tweede grote ontwikkeling is de opkomst van doelsparen. Tot 2008 was het vergaren van fiscaal interessante potjes het domein van de verzekeraar. De verzekeraars hadden het alleenrecht om lijfrentepotjes te scheppen; ofwel nu geld sparen dat later in fiscaal gunstigere omstandigheden zal worden uitgekeerd. Doordat het rendement relatief jarenlang erg hoog was en de verzekeraars dit monopoly hadden, was het vrij eenvoudig hoge kosten toe te voegen zonder dat de klant het eigenlijk merkte. Er was op dit punt eigenlijk geen norm en geen toezicht. Vooral de tussenpersonen hebben kunnen profiteren van deze constructies. Een financiële constructie, die nu de geschiedenis ingaat als de woekerpolisaffaire en waar de rekening nu volledig gelegd is bij de verzekeraar. Het intermediair is verdwenen of niet grijpbaar en de overheid doet als falende toezichthouder alsof haar neus bloedt.

En nu zijn de banken aan de beurt om in dit gat te springen met doelsparen. Banken zijn constructies aan het verzinnen, gekoppeld aan huishoudboekjes, waarbij de consument voor bepaalde doelen zelf een voorziening schept. Het doet mij denken aan de jaren 50 en 60, waarbij gezinnen van die Brabantia-blikjes met gleuven hadden om geld te verdelen om bepaalde uitgaven te kunnen bekostigen. De huidige variant is natuurlijk modern met verschillende internettoepassingen en apps, maar het idee is wel gelijk.

Eén van die spaarontwikkelingen is zorgsparen. De consument spaart een saldo dat hij zelf kan inzetten voor zorginkopen. Hij verzekert zich hier niet meer voor, maar gebruikt de premie om onverwachte zorgkosten zelf te kunnen opvangen. Dat geldt dan natuurlijk niet voor de vergoedingen uit de basisverzekering, maar voor de aanvullende dekkingen. Door de hoge kosten van de zorg, maar ook van de aanvullende zorgverzekeringen worden consumenten kritisch op de vergoedingen: waarom zou ik me verzekeren voor max 20 fysiotherapiebehandelingen, als ik nooit hoef te worden geholpen? Waarom een vergoeding voor zwangerschapskosten, als ik geen kinderen kan krijgen?

Hoe langer hoe meer zie je dat er aan het solidariteitsbeginsel wordt geknaagd: ik wil alleen een dekking voor iets waar ook een grote kans is dat ik er ook aanspraak op moet maken. Men vergeet dan wel eens voor het gemak dat als de kans op uitkering groter wordt, de premie ook gaat stijgen. Maar als je dan je zorgspaarpotje hebt opgebouwd, kun je wellicht hier de kosten uit financieren als blijkt dat je toch het slachtoffer bent geworden van een niet voorziene en dus niet verzekerd voorval.

Het lijkt te mooi om waar te zijn. Wij gaan sparen en verzekeren alleen nog zaken die we niet bij elkaar gespaard kunnen krijgen. Dat vraagt nogal wat discipline en dat zijn we niet gewend nu we uit een tijd komen waar we de euri’s lieten rollen.

Als we èn onze hypotheek af moeten lossen èn voor allerlei onvoorziene zaken spaarpotjes moeten gaan aanleggen, hoe kunnen we dan nog de economie stimuleren door een last-minutevakantie te boeken tijdens deze verregende Nederlandse zomer? Ik vrees dat vele mensen toch hun kop in het zand steken en gewoon gaan. En groot gelijk hebben ze; je leeft tenslotte maar één keer.

KLIK OP ONDERSTAANDE KNOP OM DE MIJMERING TE BELUISTEREN

Beoordeel dit bericht