Een derde van de tienermeisjes vindt de gymles helemaal niet leuk. Gevolg: ze bewegen te weinig en dijen uit. De oorzaak is volgens een onderzoek, dat de meisjes zich niet altijd prettig voelen tijdens de gymles, omdat sinds pakweg 30 jaar jongens en meisjes gezamenlijk gymmen. In mijn tijd op het atheneum was er nog geen sprake van gezamenlijk sporten. Wel was er een verschil in uniform. De jongens hadden een kort, groen standaardsportbroekje met een wit T-shirt aan en de meisjes moesten sporten in een kort groen broekje met elastiek om de benen, een ballonbroekje genaamd. Er worden bij mij allerlei onzinnelijke associaties gewekt als ik me afvraag waarom de kleding toen onderling afweek.
De meiden van nu, met gemengde gymlessen, vinden het niet prettig dat ze door de niet-charmante sportkleding vaak wat onvoordelig voor de dag komen. Er zijn door het lijfelijke van sporten mogelijk wat onvolkomenheden aan het ontluikende meisjeslichaam te zien, waardoor de onzekerheid bij de dames-in-spé toeneemt. Dan maar een smoes verzinnen om aan de gymles te ontkomen. Bovendien wordt gymles vooral gegeven door geboren sporters. Sporters hebben het gelijk aan hun zijde, omdat bewezen is dat bewegen goed voor de mens is en zij een steentje aan de bevolkingsgezondheid kunnen bijdragen. De meeste echte sporters, inclusief fysiotherapeuten snappen niets van niet-sporters. Ze begrijpen er niets van dat volksstammen sporten verschrikkelijk vinden. Sporters zwelgen bij hun endorfine-explosies na hun fysieke acties. Bij niet-sporters komt blijkbaar geen endorfine vrij, of men is immuun voor het effect; sterker nog: sporten wordt gezien als vervelend tijdverdrijf waarvan je nog spierpijn krijgt ook en bovendien zonde is van de tijd. Het wordt ervaren als een halfjaarlijks tandartsbezoek: je moet wel om je gebit in orde te houden, maar liever sla je het over.
En die verwende meisjes, die een hekel hebben aan gym, hebben vaak wel beweging gehad in hun jongste jaren. Sinds een paar decennia worden de engeltjes als ze maar net kunnen lopen naar dansles gebracht of op een pony gehesen. Bij jongens ligt dit anders. Als hier sportgenen zijn aangetroffen betekent dit dat ze zich al snel bij een teamsport aansluiten en vaak één die in overeenstemming is met de sociale klasse van de ouders.
Maar vele meisjes en jongens blijven gewoon achter de computer zitten gamen of gaan muziek maken en bewegen minimaal.
Als het damesgrut zo rond hun pubertijd komt, zijn ze vaak wel weer genezen van hun dans- en paardhobby. Men bleek toch niet over voldoende talent te beschikken om zich te onderscheiden en bovendien blijken de jongens ook interessanter te worden.
Een stapje te ver vinden de grietjes eigenlijk dat men samen gaat sporten. En eerlijk is eerlijk: ook ik ben dit van mening. Jongens hebben in het algemeen een andere beleving van sport dan meisjes. Jongens zijn meer uit op competitie en fysiek ook sterker, waardoor de meisjes vaak het onderspit moeten delven bij gezamenlijke sporten. Dat op zich is al niet leuk voor de meisjes. En aangezien sport door sporters wordt gegeven is competitie en afzien een belangrijk onderdeel van sport. Meer een jongensding dus. Ik heb slechts één jaar gezamenlijk met meisjes gymles gehad en dat was op de pedagogische academie. We hadden les van een echte sportdocent, Brugman, die ons tot grote hoogte wilde brengen. Al heel snel viel op dat zijn tactiek ten aanzien van jongens heel anders was dan de tactiek bij meisjes. Jongens werden stijfgevloekt en opgestuwd om een paard of bok te bespringen, terwijl hij bij de meisjes al zijn charmes in de strijd gooide om ze te bewegen ook over de bok of het paard heen te komen. We hebben hem destijds aangesproken over zijn didactische overwegingen en zijn antwoord was vrij simpel. Ik wil hebben dat jullie over die bok springen en op deze manier krijg ik dat voor elkaar; anders niet. Dus in 1976 –toen dit speelde- was al duidelijk dat het eigenlijk niet zo’n goed idee was om jongens en meisjes samen te laten gymmen. Dat gemengd gymmen later toch werd doorgevoerd zal wel te maken hebben gehad met kostenbesparing en een scheefgegroeid emancipatie-ideaal.
Door de hyperfixatie op het uiterlijk tegenwoordig en in andere culturen juist het afwenden van de uiterlijkheden zijn de jonge dames erg onzeker in hun pubertijd en zitten ze niet te wachten op een gedwongen etaleren van zichzelf voor het andere geslacht. Nu ben ik wel van mening dat dit niet de reden zou mogen zijn om gescheiden gymlessen te geven. Maar vaak voelen meisjes zich hierdoor wel onzeker.
De belangrijkste reden om de seksen te scheiden bij gymlessen is toch omdat de ongelijkheid in fysiek en beleving te groot is. De jongens zijn te sterk, zwaar competitief en te ruw en dat vinden de meiden maar niets. Voor de jongens ook niet leuk, want het competitie-element gaat verloren met die slappe meiden.
Dus de meisjes willen iets anders. De dametjes kennen van hun jeugd nog wel de dansles en het paardrijden en hebben daar –ondanks het ontbreken van talent- toch nog wel goede herinneringen aan. Dus als er dan toch moet worden bewogen, dan maar de vertrouwde zaken oprakelen. Dat is natuurlijk niet realistisch. Meisjes moeten ook bewegen en fysiek competitief kunnen zijn, maar onderling, zodat de onzekerheid mogelijk wat minder wordt. En dat het gymprogramma voor jongens en meisjes af zal wijken zal niet zo verwonderlijk zijn. Maar als dit dan betekent dat er toch meer meisjes gaan bewegen, bereiken we toch het doel dat iedereen gaat bewegen, al blijft voor mij het gevoel van het halfjaarlijkse bezoek aan de tandarts hangen bij het vak gymmen.