Ik rijd per definitie nooit te hard. Ik houd me aan de maximale snelheden op alle wegen. Dat wil niet zeggen dat ik niet af en toe een paar kilometer te hard rijd, maar ik heb de intentie dit niet te doen. Het gevolg is dat ik altijd en overal ingehaald word, zelfs door brommers. Het valt me ook op dat vooral bestuurders van dikke Duitse auto’s uit het hogere segment zich totaal niets aantrekken van welke snelheidsbeperking dan ook.
We spreken in Parijs mooie zaken af over de CO2-uitstoot en ons land gaat juist weer maatregelen treffen om achterlijk milieu-onbewust te blijven acteren. Dat zijn we wel gewend van de minister van infrastructuur en milieu. Maximumsnelheden verhogen op snelwegen bijvoorbeeld. Het is een vreselijke bende als het gaat om maximumsnelheden. Zonder schijnbaar enige aanleiding mag je op stukken weg 100, 120 of 130 rijden. In het donker of als je niet ter plekke bekend bent heb je geen idee hoe hard je eigenlijk mag. Goed voor de flitsers en de rijksinkomsten. En feitelijk maakt het ook niets uit. Of je nu 100 of 130 rijdt: de tijd die je nodig hebt om van A naar B te komen wordt met maximaal een half uur verlengd als je heel Nederland bent doorgereden. Maar kijk naar de uitlaat van de auto dan zie je boven de 100 km per uur een enorme progressie in de uitstoot van CO2 en fijnstof. Dat is dan ook vaak de reden dat gemeenten erop aandringen dat de snelwegen aan de randen van de steden een snelheidsbeperking hebben. Autominnend Nederland wil af van deze beperkingen. Overal 130 (en liefst nog harder) is het devies. Mensen die zo redeneren beschouwen de snelwegen als een circuit: genieten om zo hard mogelijk te rijden. Terwijl de wegen vol zitten met gebruikers die beroepsmatig op de weg zitten om zaken te vervoeren, of bestuurders die niet telkens opgejaagd willen worden door de aan komen scheurende Audi’s, BMW’s en ander Duits autotuig. Terug naar een maximum van 100 kilometer per uur overal geeft duidelijkheid en geeft pas echt een milieusignaal af.
Het is eigenlijk al te gek dat we auto’s op de weg toelaten die 250 km per uur kunnen halen en dat de maximale snelheid de helft is. Als auto’s technisch gezien al niet harder zouden kunnen rijden dan pakweg 150 km per uur dan zou dit het milieu enorm veel goed doen. Bovendien zou dit ook beteken dat de auto’s lichter zouden worden. En we staan aan de vooravond van zelfrijdende auto’s. Daarmee wordt het bezit van een auto nog oninteressanter. Vele jongeren in de randstad hebben inmiddels al niets meer met auto’s: ze zijn te duur, je hebt geen parkeerplek en je kunt met je smartphone, tablet of laptop de hele wereld bereiken in plaats van een paar honderd kilometer met dat dure kreng. So nineties!
Nog meer verkeersellende leveren brom- en snorfietsen op. Inmiddels rijden er in scootervorm zo ongeveer 1,3 miljoen van deze tweewielers rond in Nederland, waarvan iets minder dan de helft tweetactscooters zijn. Voor scooters zijn er geen vervuilingsnormen, maar één tweetactbrommer kan wel twintig tot meer dan tweeduizend keer meer vervuilen dan één bestelbus. Gelijk van de weg halen, die tweetactmodellen. In ieder geval zorgen dat ze niet meer nieuw verkocht mogen worden. Daar wil de minister van infrastructuur en milieu niets van weten. Wel weten we dat die stinkende irritante brommers in 2020 meer CO2-uitstoot leveren dan de rest van het wagenpark van Nederland.
En omdat er zoveel brommers zijn moeten ze op sommige plekken nu in steden ook op de rijbaan. Hoe dat dan precies zit met helmen en snelheden, dat is geheel onduidelijk. Feit is dat ze allemaal te hard rijden en dus het verkeer op de rijbaan niet hoeven op te houden. Maar als de brommers zich aan de snelheid zouden houden gaan ze de zaak ophouden en ontstaat er nog meer irritatie. Weliswaar moet je tegenwoordig een rijbewijs halen om op een brommer te mogen rijden; in de praktijk komt er van de naleving van regels maar weinig terecht. Zeker ook omdat de regelgeving volledig inconsequent is en dat de politie handhaving van de regels nauwelijks uitvoert. En de oorspronkelijke snorfiets zoals deze ooit bedoeld was is inmiddels opgevolgd door de elektrische fiets, waarvan inmiddels ook weer opgevoerde varianten zijn.
Milieu- en verkeersmaatregelen zouden hand in hand kunnen gaan met het nieuwe “Verdrag van Parijs” als aanjager. Een veiliger en schoner land zouden we toch allemaal moeten willen. En voor die scheurneuzen met hun Duitse bolides: huur een paar keer per jaar een circuit af met je scheurvrienden: heb je nog een leuk uitje ook. Maar gedraag je als weggebruiker en niet als coureur op de weg. Helaas zal minister Melanie Schultz van Haegen geen oor hebben om wat dan ook maar in te perken. Zoals altijd.