Ja, ik heb een persoonlijke OV-Chipkaart; ik heb een Facebook-, Google-, Microsoft-, Apple- en Twitteraccount op mijn eigen naam. Ja, ik heb een smartphone op zak. Ja, ik heb een eigen website. Tsjonge tsjonge tsjonge tsjonge mijn hele leven ligt te grabbel. Het lijkt erop dat ik niets doe om mijn privacy te beschermen.
Toch kijk ook ik uit wat ik wel en niet wegschrijf op de social media; want ook ik wil niet het slachtoffer worden van diefstal of bedreiging die je loopt door te veel van jezelf bloot te geven.
Je kunt ook proberen om je publieke digitale footprint zo klein mogelijk te houden: geen website, geen Facebook of Twitter, nergens digitaal op reageren etc. Dan lijkt het erop alsof je jezelf minder digitaal kwetsbaar opstelt, maar dat is anno 2016 een illusie.
De meeste bedrijven en overheidsinstellingen vinden personeel te duur. Ze willen het met minder doen. Men heeft de digitale snelweg gevonden voor de oplossing van dit probleem. We maken de procedures en digitale producten simpeler; we zorgen voor een excellent logistiek systeem en de klanten doen vanaf nu alles zelf. Bij elke dienst die je afneemt op het internet moet je inloggen. Vaak ben je al ingelogd via een Google of Microsoftaccount op je computer, maar koop je iets of vraag je de overheid iets dan heb je een klantenportaal waarin je persoonlijke gegevens achterlaat of gebruik je DigID waarmee je de site binnenkomt. Hoe langer hoe vaker dwingen bedrijven en instellingen je om gebruik te maken van digitale middelen. Gemeentehuizen, waar je alleen digitaal afspraken kan maken en met pin kan betalen. De landelijke overheid die de blauwe envelop de deur uit doet. Bij de meeste uitkeringsinstanties kun je alleen je gegevens digitaal verstrekken. Ook al post je zelf niets op het internet; er wordt van alles van en over je vastgelegd. Typisch is ook dat je bij een aankoop of advies wel even aan moet geven dat je akkoord gaat met de algemene voorwaarden. Als je dit vinkje blindelings zet, zoals 99,999 % van de klanten; dan heb je niet gelezen dat je je ziel zojuist aan de duivel hebt verkocht. Vaak staat er in bedekte termen in deze voorwaarden dat de gecollecteerde gegevens ook voor andere doeleinden kunnen worden ingezet. Met een beetje pech verkopen ze jouw adres aan de hoogste bieder. Vul je het vinkje niet in, dan gaat de koop niet door en dat is ook weer niet de bedoeling. Hetzelfde geldt voor de cookie-wetgeving. Sites die cookies collecteren – bestanden met gegevens over jouw gedrag op de site- moeten dit expliciet aan jou vragen. Zeg je nee, dan heb je ineens te maken met een niet goed werkende site. Dat kan toch niet de bedoeling zijn? Dus cookies worden ook blindelings geaccepteerd. Vaak geef je je identiteit prijs om iets te kunnen ontvangen op het internet. Dat doe je nog bewust. Maar als deze data ook met andere datasystemen worden gemengd, dan ontstaat er een digitaal spoor. En aangezien bijna alles wordt opgeslagen kan de datascientist binnen notime jouw handel en wandel volgen.
En nu komt het internet-of-things los. In veel apparaten worden sensoren gebouwd die jou helpen om de dienstverlening op maat aan te bieden of te verbeteren. Met je eerste GSM-mobieltje is het ooit begonnen. Gevolg is dat een er een explosieve groei komt met betrekking tot beschikbare data, die niet alleen ingezet kan worden voor de dienstverlening aan jou. Als al die apparaten gekoppeld kunnen worden aan hun eigenaren of gebruikers, dan is er sprake van een bijna dekkend systeem. Vooralsnog wordt dit mechanisme nauwelijks iets in de weg gelegd. Horrorscenario’s waarbij machines met kunstmatige intelligentie de macht overnemen komen dichterbij, als we de ethische discussies niet gaan voeren hoe om te gaan met deze data-overload. Want door het gemak en de lage kosten bedienen we ons allemaal van de digitale snelweg, en het wordt hoe langer hoe moeilijker om het digitale spoor achter je te wissen.
Om te voorkomen dat jouw gegevens ongewild overal worden ingezet, zou de digitale aardbewoner zelf inzicht moeten kunnen krijgen waar zijn of haar data wordt gebruikt en door wie. Vervolgens moet hij of zij aan kunnen geven waar de informatiestromen zouden moeten stoppen. Dat is een extra complexiteit, waarbij het internet waarschijnlijk nooit meer geheel anoniem gebruikt kan worden. Wie is er zo machtig om een dergelijk systeem af te dwingen? Als je ziet wat er nu met een afbrokkelend Europa gebeurt, en de toenemende spanningen in de rest van de wereld, dan is dit nog ver weg. Hoe lang blijven we nog de baas over onszelf?