Ik ben blij dat ik pakweg 1,5 x te zwaar ben en inmiddels bijna 60 jaar oud en over een matige conditie beschik en absoluut geen talent heb voor sport. Stel dat ik wel talent voor sport had en nu ergens een tiener zou zijn. Heb je dat, dan moet je dat niet aan je ouders laten blijken, want voordat je het weet sleuren ze je het hele land door om jouw talent verder te laten ontwikkelen en ze zijn pas tevreden als je de absolute top hebt behaald. Vanaf dat moment staat je leven in het geheel in het teken van de sport.
Met een beetje pech verlies je al je vrienden en verhuist je familie naar Papendal, omdat de faciliteiten voor topsporters in spé daar nu eenmaal veel beter zijn. Waarschijnlijk ga je naar een aparte school, waardoor je meer vrijheid hebt om te kunnen trainen. Maar je hebt ook geen tijd meer voor een normaal leven en je raakt geïsoleerd in de sportwereld. Krijg je nog een vriendje of vriendinnetje dan is het tien tegen één iemand uit dezelfde sportwereld.
Je sport je een slag in de rondte en langzaam beginnen de resultaten te komen. De adrenaline- en dopaminekicks werken verslavend. Maar ook je beperkingen komen boven water. Misschien ben je wel heel goed, maar mis je nog net iets om werkelijk het niveau te halen, waarvan je ouders al droomden toen bleek dat je talent had. Dan ontstaan ook de problemen. Je wil wel, maar je weet dat je het zomaar niet kunt. De oplossing voor deze problemen zijn in de topsport dan: nog harder trainen of doping gebruiken. Met dopinggebruik kun je sneller, soms zelfs veel sneller. Als mensen onwaarschijnlijke records laten sneuvelen, zijn ook de -cleane- medesporters zeer sceptisch of dit allemaal zomaar kan. De Ethiopische 10 km loopster Almaz Ayana snoepte tijdens de Olympische Spelen van Rio zomaar 14 seconden af van een record van de Chinese Wang dat al 23 jaar stond. In plaats van uitzonderlijk blij te zijn, fronsen mensen hun wenkbrauwen. Zijn die spelen wel clean?
Ook al zou de sportster clean zijn, er blijft een zweem van ongeloof hangen. Je doet het dus als sporter nooit goed. Dat levert grote druk op bij de sporters. En uiteindelijk zijn het natuurlijk allemaal mensen, met dezelfde makken, verlangens en frustraties als gewone mensen. Alleen daar mag je niet aan toegeven als topsporter. Je leeft in een gouden kooi met absurde regels, die vergelijkbaar zijn met gevangenen. De zogenaamde whereabouts, waarmee je moet kunnen overleggen waar je altijd bent is daarvan een voorbeeld. Blijkt dat je drie keer ergens anders was dan waar je werd verwacht volgens het schema, dan ben je verdacht van dopinggebruik en zal je worden geschorst.
Wat ook niet normaal is, als een ploeg zoals TeamNL in Rio met ruim 240 sporters afreist er bij de openingsceremonie er maar een handjevol sporters aanwezig zijn: wel alle bobo’s. Ik begrijp zelfs dat de chef-de-mission eigenlijk liever helemaal niemand zou willen laten opdraven bij de opening van de spelen. Hij is veel te bang dat het uren wachten in de tocht en kou leidt tot afname van de condities van de topsporter. Misschien moeten ze toch iets doen aan die vlaggenparade, want ook de TV-kijker vindt dit doodsaai. Maar niet aanwezig zijn bij de opening, betekent ook dat je als mens, die mogelijk maar eens in zijn leven dit evenement mee kan maken, ondergeschikt wordt gesteld van de beoogde prestatie. Dat is overigens wel iets van de Nederlanders, want bij andere landen met ongeveer gelijke delegaties was het aantal sporters tijdens de opening vele malen groter. Blijkbaar omdat we als TeamNL persé moeten winnen, wordt alle ‘vermaak’ terzijde geschoven.
Sporters tekenen een dik -ongelezen- wurgcontract met NOC*NSF, waarmee ze aangeven dat ze als monniken de spelen zullen meemaken. Dat sommigen zich daarvan niet bewust zijn blijkt wel uit de Yurigate, waarbij de ringenspecialist na het behalen van de finale zich liet gaan, door te doen wat alle andere mensen ook zouden doen bij het behalen van een goed resultaat: feesten. Met in het achterhoofd dat het nog een dikke week zou duren voordat hij weer in de ringen zou hangen, kan een avondje stappen toch geen kwaad, zou je zeggen. Misschien niet het beste voor je lichaam, maar ook je geest moet wat met de ontlading van die spanning.
Nee zegt Gerard Dielissen, de directeur van NOC*NSF. Het is ongehoord dat een sporter zich tijdens de spelen zo laat gaan. Er worden miljoenen geïnvesteerd om een zo optimaal mogelijk resultaat te gaan halen en dan is een halve nacht doorhalen van zo’n kerel over-the-limit, aldus deze boekhouder.
Op geen enkele manier wordt rekening gehouden met hoe zo’n sporter in elkaar zit. Ze zijn ook niet allemaal hetzelfde. Veel sporters, hunkerend naar een adrenaline- en dopamineshot dwingen zichzelf om te leven met een vorm van zelfkastijding om maar die grootse prestatie te halen. Maar andere mensen hebben juist afleiding nodig om zich weer op te laden.
Ik kan dit de sporter echt niet kwalijk nemen.
In plaats van een generiek wurgcontract zou NOC*NSF individueel met de sporters afspraken kunnen maken over hoe men zal handelen tijdens de spelen. Een idee van Marjan Olfers, bijzonder hoogleraar Sport en Recht.
Als vooraf voor iedereen duidelijk was geweest waaraan men zich te houden had, dan hoefde ook het conflict met Yuri van Gelder niet voor de rechter te worden uitgevochten. Hij heeft de zaak verloren, omdat het technisch toch al niet meer mogelijk bleek om zijn gelijk te krijgen.
Erg zuur voor die jongen dat hij zijn ultieme droom niet kan waarmaken.
Je zou maar topsporter zijn. Gelukkig ben ik een te zware Bourgondiër.