Ik ben al jaren actief op Facebook. Het is niet zo dat ik elk momentje gebruik om even een foto of stukje op Facebook te plaatsen. Vooral lekkere dingen die ik eet of drink, een enkel uitstapje, een mooie foto of gewoon iets gezelligs zijn de zaken die ik op Facebook wil zetten. Wat ik niet doe is politieke discussies of zware argumenten uitwisselen op Facebook.
Als ik al gedachtenspinsels kwijt wil, dan gebruik ik Facebook alleen maar als de poort naar mijn blogsite. Dan kunnen de kijkers op hun tijdlijn zelf besluiten of ze door willen klikken naar mijn mening of ervaring en worden ze er niet rauw mee geconfronteerd. Facebook is in mijn ogen een social platform waarbij vooral leuke dingen langs moeten komen en geen politieke discussies op moeten worden uitgevochten. Ik erger me hier hoe langer hoe meer aan en ben ook vast van plan om ‘vrienden’ die dit niet kunnen laten te gaan bannen. Het lijkt erop dat door de tijd toch wel wat gedragscodes aan het ontstaan zijn rondom het gebruik van social media.
Facebook vind ik het medium om evenementen aan te kondigen en leuke dingen te delen. En dat vooral in de vriendenkring. Ook voor Twitter geldt dit, maar met een optioneel groter bereik. Alleen bij Twitter geldt de beperking van de 140 tekens. Daarmee moet je wel creatief om kunnen gaan. Met LinkedIN heb ik alleen iets zakelijks. Ik vind het altijd wel frappant als er een ontslaggolf ergens dreigt, dat ik dan een verhoogd aanbod van vaak vage bekenden krijg om opgenomen te worden in mijn netwerk. Inmiddels is LinkedIN de grootste pool voor vraag en aanbod voor werk geworden en iedere re-integratie-begeleider hamert erop dat je LinkedIN-profiel volledig moet zijn en moet kloppen en breed bekend moet zijn.
Dan zijn er nog social media die weinig toevoegen zoals Google plus. Geen idee wat dit aan meerwaarde levert. Er komen hoe langer hoe meer social mediaplatforms die gericht zijn op bepaalde doelgroepen. Snapchat, Instagram etc. De toekomst zal uitwijzen of dit succesvol wordt. Interessant is nog Pinterest en Soundcloud, waar je eigen beeld en geluidsmateriaal kan delen. Vooral Pinterest is voor visueel ingestelde mensen een aanlokkelijk medium. En dan hebben we nog WhatsApp. Dat is eigenlijk een mengsel van een social medium voor groepen en een communicatiemiddel ineen. Als je online bent is het een erg goedkope manier om berichten uit te wisselen. Formeel is het een zogenaamd asynchroon medium – je hoeft niet direct te antwoorden – maar in de praktijk lijkt het anders te werken. inmiddels is het een grote concurrent voor de telefoon.
Maar Facebook is nog steeds het grootste en het meest gangbare sociale medium. Natuurlijk word je bekogeld met ‘gerichte’ reclame. Het geld moet ergens van komen. Al heb ik het idee dat de meeste aanbiedingen pas komen, nadat ik iets heb aangekocht. Erger vind ik de uitnodigingen om spelletjes mee te spelen of het ontvangen van doorgestuurde aanbiedingen, zodat de verzender kans maakt op een kans op een mooie prijs. Dit laatste zegt zeker iets over de verzenders.
We missen dus nog een digitale klaagmuur, want mensen die Facebook hiervoor gebruiken vind ik lieden die campagne voeren vanuit een pretpark. Natuurlijk heeft niet iedereen een blogsite, of is in staat deze te maken en onderhouden en misbruiken daar Facebook dan maar voor. Een digitale klaagmuur komt er waarschijnlijk niet, omdat binnen no time dit verzandt in digitaal heen en weer schelden. Mensen zijn op internet veel ongeremder dan wanneer ze met elkaar rechtstreeks in contact staan. Maar een digitaal medium gebruiken om tot discussie te komen in de werkelijkheid: een soort speakerscorner dus, is wellicht wel een optie. Men poneert een stelling op de ‘digitale klaagmuur’ met een set aan argumenten. Daar wordt verwezen naar een plaats en tijdstip in dorp of stad, waar de discussie feitelijk wordt gevoerd. Ieder discussieonderwerp moet dan in bijvoorbeeld max. 30 minuten worden behandeld. En dan niet georganiseerd en georchestreerd door de gemeente, maar door de particuliere initiatiefnemers zelf. Zorg dat er zo’n vier onderwerpen op een avond worden behandeld en je hebt een activiteit, waar de gemeenschap ook nog iets aan heeft. Op deze wijze ontstaat er hopelijk een zinvol debat over tal van onderwerpen.
Dan kunnen we Facebook weer gebruiken om vakantieplaatjes te delen. Wordt het weer gezellig.