Ga je naar een gemiddelde universiteit in Europa, dan zal je merken dat haast alle gedoceerde theorieën aan de alfa-zijde van het alfabet uit de Verenigde Staten komen. Noem ze maar op: economie, politicologie, marketing, communicatie etc. Je zou kunnen denken dat in al deze pseudowetenschappelijke bedenksels er wel een zelfreinigend mechanisme zou zijn ingebouwd. Dat blijkt niet waar te zijn. Veel van het Amerikaanse MBA-geneuzel gaat voorbij aan mensenrechten, collectieve afspraken en vaak ook menselijkheid.
In de VS is een werknemer een organisch productiemiddel en als die niet bevalt roept de baas, bijvoorbeeld Donald Trump: “You’re Fired!”. Daarna kun je je spullen pakken, nog een paar maanden uitdrijven op je spaargeld om vervolgens hand ophoudend te eindigen onder aan de bruggen van de Hudson rivier -als je in New York woont.
Het is een onbegrijpelijke maatschappij daar aan de overkant van de oceaan. Volgens de grondwet mag ieder zijn bezit beschermen -ook tegen de overheid-, waardoor de helft van de burgers levensgevaarlijke wapens in huis heeft van een kaliber waarmee je een kleine Oost-Afrikaanse oorlog mee beslecht. En dit terwijl het strenggelovige Amerika toch ook zou moeten leven naar het vijf-en-een-halfde gebod: Gij zult niet doden.
Verder heeft de huidige president- samen met zijn vrouw de enige weldenkende Amerikanen – een wet erdoor gekregen, waarmee er een basis zorgstelsel is gecreëerd. Hallelujah zou je zeggen. Nee, zeggen de Amerikanen: hoe komen politici erbij zich te bemoeien met mijn lijf en portemonnee. Enige vorm van solidariteitsbeginsel is in de States ver te zoeken. Een democratische president zit bij een republikeinse senaat en huis van afgevaardigden op een eiland en kan helaas alleen maar handenschuddend en speechend door het leven gaan. Maar daar worden de ideeën van de president niet door bekrachtigd.
Met de verkiezingen vlak voor de deur in de VS zie je pas goed hoe verdorven het daar is. Er liggen nauwelijks normen aan het steunen van kandidaten. In mijn ogen zijn alle grote sponsoren van die miljoenen vretende campagnes hun plek aan het politieke firmament aan het inkopen. Voor wat, hoort wat. Wij noemen dat corruptie. Een deal zeggen de Amerikanen. En natuurlijk komt het door het investeren van deze verkiezingsmiljoenen wel een industrie op gang, maar niet de industrie waar het om gaat. Armoedebestrijding, in stand houden van een degelijke infrastructuur, goed onderwijs voor iedereen, een milieuvriendelijke omgeving en het opbouwen van een voorzichtige verzorgingsstaat zouden doelen zijn waar men eigenlijk in zou moet investeren. Het geld gaat nu op aan dure tv-tijd, internet- en papieren campagnes. En vergeet ook niet de polls. De peilingen zorgen ervoor dat de mensen strategisch gaan stemmen: wat is het ergste: gebeten worden door de hond of gekrabd door de kat? Mensen raken hoe langer hoe meer verward door alle loze beloftes en huichelarij. Zonde van het geld, maar wel een trend die ook overwaait naar Europa.
Al bijna een jaar rollen de politieke kopstukken over elkaar heen om te gaan bepalen wie Obama opvolgt. En uit de kruitdampen in deze strijd komen dan een puissant rijke, racistische, xenofobe seksistische billenknijper en een bejaarde tante met haar op haar tanden bovendrijven om het belangrijkste land van de wereld -zoals ze zelf denken- te gaan besturen. Zijn er dan van de 300 miljoen Amerikanen echt geen andere kandidaten te vinden? Het verkiezingsapparaat is zodanig opgezet dat de huidige situatie ook werkelijk kan. Vreemd genoeg hebben de Amerikanen ook wel wat zelfspot, want een serie als ‘House of Cards’ vergroot een dergelijk plot uit en is een mega succes in de wereld, en ook in de VS. Dat de werkelijkheid nog erger is, is bijna niet voor te stellen.
Het ergste van deze verkiezingen en van het geamerikaniseer is dat het allemaal onze kant uit komt. Europa, wat voor velen gezien wordt als de ultieme samenleving -kijk maar naar de vluchtelingenstroom- moet kunnen voorkomen dat wij teveel het Amerikaanse gif overnemen. En laten we ook kritisch naar ons lesmateriaal kijken op de hogescholen en universiteiten. De Amerikaanse theorieën zouden moeten wijken voor democratische, sociale, maar ook liberale theorieën die passen bij onze samenleving.
Ik weet niet wie op 8 november gaat winnen aan de overkant. Dat is nog ongewis. Maar wat er ook uitkomt. De wereld wordt er niet mooier van.