Moederdag

Als kinderloos echtpaar kun je in de verticale familielijn maar één kant opkijken: omhoog. Bij gebrek aan kinderen zijn je ouders en grootouders de enige echte familieankers. Overigens ben ik in de familie niet de enige. Mijn broer en zijn vriendin hebben ook geen kinderen, waardoor onze familienaam in onze tak zal ophouden te bestaan. Gelukkig heb ik een goede verstandhouding met mijn broer en zussen, zodat er nog wel iets van een familiegevoel blijft, al overlopen we elkaar niet.
De verbindende factor binnen mijn familie was, sinds het overlijden van mijn vader in 1997, toch altijd ons ma. Niet dat moeder initiatiefrijk was in het verzamelen van haar kroost, maar vooral de zorg die ze nodig had, de laatste jaren van haar leven, verbond ons wel degelijk. Samen hebben we beslissingen genomen over haar zorg-, woon- en medische toestand, waarbij vooral mijn zussen – beiden ook moeder- daarin wel een initiërende rol speelden.

De maand mei-de Mariamaand- stond altijd in het teken van mijn moeder. Moeder was geboren in mei en vaak een week voor haar verjaardag was het ook nog eens moederdag. Bovendien heette ze ook Maria. Het leek wat overdone, maar steevast betekende dit tweemaal in een week met een cadeautje, al dan niet gezamenlijk gekocht met de rest van de familie, op naar Oosterhout waar ze weer woonde, sinds we allen waren uitgevlogen.

En nu is het mei en staat Moederdag weer voor de deur. Voor het eerst in mijn leven niet twee weken achter elkaar naar Oosterhout en me suf prakkiseren wat voor geschenk ik ma moet geven. Weer een bloeiende orchidee, of een vruchtengebakje? Vanaf dit jaar zal dit nooit meer zijn. En ook niet aan Marjanne’s kant. Weliswaar was haar moeder al in 2012 overleden, maar haar vader vond nieuw geluk en hertrouwde in 2014. Helaas bleek het huwelijk van korte duur, want ook zij overleed vorig jaar in juni. Nu was dat dus niet echt Marjanne’s moeder, maar voor de vorm werd Moederdag wel in ere gehouden omdat de stiefmoeder ook nog een aantal eigen kinderen had.

Veel geeft men af op moederdag. In het rijtje Valentijnsdag en Vaderdag wordt Moederdag gezien als een door de commercie gestimuleerde en opgeklopte feestdag. Een feestdag, waarbij de arme kinders geld uit hun zakken wordt geklopt om ma te pleasen. Deels is dat natuurlijk wel waar en mijn moeder vond dit eigenlijk ook wel. Maar toen ik als jonge twintiger ooit Moederdag in zijn geheel had overgeslagen, liet ze me wel duidelijk merken dat ze teleurgesteld was in mij. Dat is me altijd bijgebleven en het is ook nooit meer gebeurd.
Dat was overigens ook vaak de manier van straffen van mijn moeder. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit een tik gehad heb van ma. Als ze boos was op mij, gebruikte ze twee veel sterkere wapens: teleurstelling en je negeren. Zoals in de jaren zestig nog vrij gebruikelijk was, werkte mijn moeder niet en was dus altijd thuis. Als het dan eens voorkwam dat ik uit school thuiskwam en ze was er niet, dan voelde dit altijd als een teleurstelling mijnerzijds. Ma was er altijd. Trots en teleurstelling zijn nog steeds belangrijke gevoelens voor mij.

Ik wilde graag dat moeder trots op me was. Dat ging prima, want ik kon erg goed mee op de basisschool en at altijd keurig mijn bordje leeg. Als ik dan iets had uitgespookt waar ma niet zo blij mee was, dan liet ze eerst haar teleurstelling blijken en vervolgens ging ze je negeren. Alsof je niet bestond, kreeg je op geen enkele manier meer aandacht en werd er ook geen rekening meer met je gehouden. In mijn beleving was dat je reinste mentale foltering. Dat hield ze in mijn beleving lang vol, waardoor ik nog meer moeite deed om weer in een goed blaadje te komen. Voor mijn gevoel kwam er geen eind aan, al duurde het vaak niet langer dan een kwartier. Naar mijn idee kwam het in zo’n situatie nooit meer goed en ik was altijd super blij als de lucht weer klaarde en moeder mij weer begon aan te spreken. Een grotere opluchting was er niet.
Ze was dus zeer effectief in het bespelen van mijn emoties, zonder fysieke dreiging. Ze geloofde ook meer in belonen dan straffen. Zo kreeg ik op mijn 18e verjaardag 100 gulden, omdat ik niet was gaan roken, zoals mijn broer en zussen dit wel hadden gedaan – met dezelfde beloning in het verschiet – en deze het dus zonder dit mooie bedrag destijds moesten stellen. Ze heeft bereikt dat ik nooit ben gaan roken en dat was niet alleen vanwege de beloning, maar vanwege de trots: zie je nu wel, dat kan ik.

Moeder had een pesthekel aan ruzie. Waar bij mijn vriendjes thuis regelmatig broers en zussen rollebollend door het huis gingen, was dat onbestaanbaar bij ons thuis. Dat lag zeker niet aan het gebrek aan temperament, maar ma liet dit op geen enkele manier toe. Gevolg is wel dat ik zelf ook een hekel heb gekregen aan conflicten en ze soms ook bewust uit de weg ga. Dat is niet altijd een handige en soms zelfs laffe houding, maar dat is dus psychologisch bepaald door de inbreng van mijn moeder. Ik neem ze dat niet kwalijk, maar ik heb er soms wel last van.
Ze is sinds januari dit jaar niet meer onder ons en dus voor het eerst in mijn leven geen verjaardag en Moederdag meer in mei. Deze week is door mijn oudste zus en zwager het gedeelde graf van pa en ma weer netjes gemaakt, zodat we ze hier nog tien jaar kunnen herinneren. Daar heb ik zo’n graf zeker niet voor nodig, maar dat was haar eigen wens. Ze was nogal conservatief en hield graag vast aan bestaande gewoontes. Hoewel ik mezelf niet conservatief wil noemen, herken ik ook dit wel in mij.

Dus vanaf dit jaar geen meimaand meer met ma als middelpunt. Daar rouw ik nu een beetje om.

 

Beoordeel dit bericht