Het valt me op dat er relatief maar weinig mensen zijn die goed thuis zijn in digitale hulpmiddelen.
Als je aan mensen vraagt hoe ‘digitaal’ ze zijn, dan zijn de meesten daar wel behoorlijk positief over; maar vraag je ze een doorgestuurd mailtje ontvangen op de smartphone even af te drukken, dan blijkt dat toch een hele bevalling.
Zo werken we al meer dan 25 jaar met Windows, maar het gebruik van initiële sneltoetsen zoals CTRL A, CTRL C, CTR V, CTRL P en CTRL Z zijn voor velen nog steeds een groot geheim. Waarom?
Omdat er op de middelbare school geen vak is dat ‘digitale vorming’ heet. Ik heb net nog even gecheckt, maar de vakken die nu verplicht zijn op middelbare scholen zijn niet gewijzigd sinds ik op het VWO zat. En dat is 50 jaar geleden!
Toen ik naar de middelbare school ging waren er amper betaalbare rekenmachines en was de rekenliniaal ons hulpmiddel om ingewikkelde berekeningen te maken. Rekenen met de rekenliniaal was een kunst op zich, en was logisch denken niet je sterkste punt dan bleef het gereedschap gewoon in de geel-rode verpakking zitten.
Als ik een werkstuk moest maken, ging ik naar de bibliotheek en schreef ik de tekst eerst uit voordat ik het officiële werkstuk ging typen. En omdat ik toen ook al tijdens het typen nog aan het nadenken was over de tekst, gebeurde het best wel vaak dat ik weer opnieuw moest beginnen, omdat er toch nog een paar zinnen toegevoegd moesten worden. Als ik mijn werkstukken herlas kwam het vaak voor dat ik toch nog iets wilde aanpassen. Dan werd er wat in de kantlijn gekriebeld of werd het opgelost met letterlijk knippen en plakken. Destijds was ik allang toe aan een tekstverwerkingsprogramma, maar dat werd pas 20 jaar later uitgevonden. En de graphics van die tijd bestonden uit zelfgemaakte tekeningetjes of grafiekjes. Als je bedenkt hoeveel tijd je daarmee kwijt was, dan was de effectiviteit ver te zoeken. Maar iedereen zat hiermee, dus het viel niet op.
Met de moderne hulpmiddelen, waarbij Google de grootste is, is het in elkaar zetten van een werkstuk een fluitje van een cent. Het zoeken en vinden van informatie kan bijna iedereen, tot zelfs digibeten aan toe. Maar worden de werkstukken daardoor nu beter? Als de leraar niet vraagt om een procesverslag waarin je aangeeft hoe je te werk bent gegaan is de kans wel 80% dat de gehele inhoud ergens is gejat. Goed gejat is beter dan slecht verzonnen, maar in dit geval toch echt niet. Je moet juist bij het maken van werkstukken informatie logisch kunnen schikken.
En hoe gaan de leraren om met het beoordelen van deze werkstukken van de generatie Z of Alpha?
In hoeverre is de gepresenteerde materie de waarheid of getoetst naar bijv. wetenschappelijke criteria.
Het grote probleem is nog steeds dat leraren zelf ook niet zo van het digitale zijn. Ook zij krijgen in hun opleiding geen echte aandacht voor het allerbelangrijkste vak anno 2020. En nu blijkt dat in 50 jaar er niets is gebeurt met de digitale wereld in het onderwijs, is het ook te verwachten dat er vele fouten worden gemaakt.
Wat zou een vak als digitale vorming moeten inhouden?
Het begint bij de basis. Men moet iets weten van binair rekenen en hoe een computer daarmee omgaat. De basale toepassingen waarmee men om moet kunnen gaan zijn office-applicaties als tekstverwerkers, spreadsheetapplicaties en toepassingen om presentaties te maken.
Omdat ook visuele presentaties hoe langer hoe belangrijker worden in de communicatie is het ook van belang dat de middelbare scholier beeld- en geluid kan bewerken. Ik zie daar voorbeelden van op Instagram, TikTok en Facebook, maar ben in het algemeen niet zo gecharmeerd van de resultaten, vooral als er teksten worden gepresenteerd. Of we moeten de basisregels van stam plus T en het kofschip maar loslaten. Want, het lijkt wel of men het erom doet om het verkeerd te schrijven.
Verder moeten jongelui erg bewust worden van het gebruik van social media. Aan privacy en beveiliging wordt -uit onwetendheid?- nauwelijks aandacht besteed. Om het goed te doen, moet er soms ook geïnvesteerd worden in beveiligingsapps, maar men geeft liever geld uit aan games. Maar er is wel paniek als iemand zich weer heeft laten verleiden om een spannend lichaamsdeel te fotograferen en dit doorstuurt naar een vriendje of vriendin en het blijkt dat de foto de hele school is rondgegaan.
Het digibetisme is niet iets van jongeren of ouderen, maar van alle generaties. Ook jongeren die de gehele dag achter de spelcomputer, tablet of smartphone zitten zijn wel vaardig met de knopjes, maar missen beveiligingskennis en zijn zich niet bewust van de risico’s. Uiteraard zullen diegenen die dagelijks met computers werken wel een voorsprong hebben in kennis, maar een verplichte digitale basisvorming vanaf de laatste jaren van de basisschool zou niet gek zijn. Ook moeten er veel meer avondopleidingen of e-learnings komen om deze noodzakelijke kennis breed te verbreiden. En minister: moet dit niet een verplicht vak worden op scholen vanaf 2021?
Very interesting topic, thanks for putting up.Raise range