De problemen rondom de informatiemaatschappij stapelen zich op. Wat voor monster hebben we toch binnengehaald? Men wil een verbod in de klas dat leerlingen smartphones meenemen; men heeft geen idee hoe men in het onderwijs om moet gaan met artificial intelligence zoals ChatGPT; men wil niet hebben dat werkgevers zomaar op de social media van hun sollicitanten kijken; en het ontbeert ons aan etiquette hoe om te gaan met de steeds aandacht vragende smartphone, waar en wanneer dan ook.
De smartphone, het handige, veelzijdige apparaatje, verstoort ons bestaan en we hebben geen antwoord. Niet zozeer het apparaat op zich is het probleem, maar het netwerk er achter van social media en allerlei overige pushberichten, die de hele dag trillen, oplichten of piepen. Er is constant afleiding en mensen hebben sterk de neiging om direct tot actie over te gaan als het apparaat zich meldt. We krijgen zo op één dag meer prikkels binnen dan onze grootouders in een heel jaar. De technische vooruitgang gaat sneller dan de ontwikkeling van de mensheid; dat levert dus problemen op. En we weten niet hoe hiermee om te gaan. Geen wonder dat de vraag naar lifestylecoaches zo enorm stijgt.
We vinden het ongepast wanneer iemand tijdens het eten naar zijn smartphone grijpt, maar waarom is dit ongepast? Wie gaat hierover? Er is in mei van dit jaar wel een soort etiquette voor smartphonegebruik gepresenteerd in De Volkskrant. Maar aangezien etiquette niet op het lesrooster staat van welke leerling of student dan ook en ouders er ook volslagen onbekend mee zijn, zal het nog wel even duren voordat we fatsoenlijk aan de slag gaan met de smartphone-etiquette. Belangrijkste tip: zorg dat in gezelschap het geluid af staat en houdt het apparaat op afstand in tas of jas. Eenmaal één smartphone op tafel, dan volgen er meer.
Ons gedrag verandert ook. Werd er in het verleden veel gebeld, dat is veel minder geworden. Enkel ouderen en mensen die geen authentieke blanke Nederlandse roots hebben zie je nog veelvuldig overal bellen. De rest maakt hoe langer hoe meer gebruik van tekstberichten. Met deze instant berichten kun je zelf bepalen of je direct of wat later wil reageren. Bovendien blijken mensen ook soms bang voor de rechtstreekse confrontatie. Met beeldbellen nog erger dan bij gewoon telefoneren. Zit mijn haar wel goed? Onzekerheid ten top.
Maar we zijn wel verslaafd geraakt aan de smartphone en het internet. Vanaf hogerhand wil men in het onderwijs dus verbieden dat leerlingen smartphones de klas in nemen. Ik denk dat dit een zaak van de school en de leraar is en dat de overheid zich daar niet mee moet bemoeien; net zoals het ook not done is om hoofddeksels in de klas te dragen. Alhoewel daar ook veel discussie over is.
Met ChatGPT en andere AI-bots zit men binnen het onderwijs ook in de maag. In mijn jongste middelbare schooljaren werd de elektronische rekenmachine geïntroduceerd. Ook die mochten we niet gebruiken, al had deze in het begin alleen de basisfuncties: optellen, aftrekken, delen en vermenigvuldigen als functionaliteit. We moesten het doen met een rekenliniaal, ook wel de gokstok genaamd. Door met het middelste deel ervan te schuiven kon je met de schaalverdelingen sommetjes uitrekenen. Op het laatst van de schoolperiode werden de rekenmachines functioneler en goedkoper en de gokstok werd verbannen. Adoptie van nieuwe techniek is niet het sterkste punt van het onderwijssysteem. AI zal een aardverschuiving veroorzaken, maar voorlopig houdt men het op afstand, omdat we nog niet weten wat we kunnen verwachten en wat het nut in het onderwijs zal worden. Ook dit gaat te snel.
Nieuwe discussie laaide op over sollicitanten die op de social media worden gecheckt door mogelijke toekomstige werkgevers. Volgens de AVG is het verboden om ongevraagd persoonsgegevens te verzamelen. Maar als je zelf materiaal hebt verspreid op het internet ben je er toch zelf bij? Als blijkt dat je toekomstige positie mogelijk in gevaar komt omdat je iets te uitbundige feestfoto’s hebt gepost op insta, zou een werkgever kunnen afleiden dat je toch niet de juiste persoon bent op de vacante positie. Wettelijk gezien mag de werkgever dit niet in zijn beoordeling meenemen. Het is dus niet de bedoeling dat werkgevers ongevraagd of onaangekondigd de sollicitanten gaan googlen. Ik kan me echter wel voorstellen dat een bedrijf best wel iets wil weten wat zijn kandidaatwerknemer in zijn vrije tijd allemaal uitspookt. Hij gaat tenslotte tienduizenden euro’s per jaar investeren in deze persoon. En ik denk en weet dat dit ook veelvuldig wordt gedaan tijdens de sollicitatieprocedure. En dat wordt echt niet altijd gevraagd aan de kandidaat. Het is een illusie om aan te nemen dat bedrijven dit braaf achterwege laten. Het is ook totaal niet te bewijzen als een werkgever wel heeft gekeken op de social media, zonder het te vragen. Als hij geen belangen had zou hij namelijk ook alles mogen bekijken. De bronnen zijn immers openbaar.
Als je zeker wilt uitsluiten dat jij met je gedrag -zichtbaar op de social media- risico loopt om je droombaan aan je neus voorbij te zien gaan, had dan iets eerder nagedacht of haal het belastende materiaal eraf. Het is sowieso verstandig om een beetje uit te kijken wat je allemaal post.
Maar het monster is nauwelijks te temmen. Kinderen van 6-8 jaar hebben al Insta- en TikTok accounts, terwijl ze daar minimaal 13 jaar voor zouden moeten zijn. Onze wetten zeggen hier niets van, maar de VS, waar de meeste social media vandaan komen, hebben hier wel een wet voor.
Als ik ouder zou zijn zou ik geen toestemming geven. Maar ja, ik ben een witte oude man…