De laatste veertig jaar hebben we in ons land in betrekkelijke rust en balans kunnen leven. We hadden gas, waardoor we minder afhankelijk waren van andere landen en wat ons ook welvaart bracht. We lagen strategisch erg gunstig vanwege onze positie aan de Noordzee. Als handelsvolk was deze positie erg fijn. Bovendien maakten we deel uit van belangrijke internationale samenwerkingen, zoals de Europese Unie en de NAVO. Als je een rijk landje bent kun je jezelf groter maken dan je bent, en met onze brutale bek deden we dat volop. Soms leidde dat zelfs tot sociale innovaties, zoals het homohuwelijk, abortus- en euthanasiewetgeving, maar vaak waren we ook betweterig en bot. Sinds een aantal jaren raken we hoe langer hoe verder achterop. We waren voorheen nooit zo progressief, maar in de jaren 60 en 70 plotseling wel. Het nieuwe conservatisme is echter nu bezig alle progressieve verworvenheden dood te knuppelen. Inmiddels ontstaan uit een reactie hierop bewegingen die het conservatisme uitdagen met bijvoorbeeld prominente uitingen van en discussies over gender- en seksediversiteit. Onder het mom van vrijheid, is een waar hokjesdenken geïntroduceerd, waarin alle vormen van diversiteit apart zijn benoemd, wat voor mij heel verwarrend is. De tegenstellingen worden groter, de versnippering ook en de maatschappelijke discussie raakt verstomd omdat men zich terugtrekt in de eigen loopgraven en uitsluitend bezig is de eigen, ware boodschap te zenden; doof en blind voor het geluid van de rest.
Internationaal is de ontwrichting al een tijdje aan de gang. Het vertrouwen en nut van de internationale samenwerkingen worden door grote groepen Nederlanders ernstig betwijfeld, zich niet beseffend dat Nederland alleen niets voorstelt. Uit een enquete in het AD bleek deze week, dat zelfs minder dan de helft van de respondenten bereid is meer geld te besteden aan hogere en veiligere dijken. De Nederlander is totaal de weg kwijt en dan gaan we weer een correctief referendum invoeren?
De laatste internationale wapenfeiten zijn de zinloze oorlog die Rusland is gestart tegen Oekraïne en de escalatie van de strijd tussen de Palestijnen en Israël. Altijd zijn compleet onschuldige mensen het slachtoffer van zo’n machtsstrijd, waardoor er weer vluchtelingenstromen ontstaan. Rechts Nederland zit echter niet te wachten op deze gelukszoekers.
Polarisatie is meer regel dan uitzondering. Samenwerken of naar elkaars overeenkomsten zoeken lijkt in de huidige tijd vies. In het huidige informatietijdperk, waar je binnen no time alle wereldnieuws tot je kunt nemen, zie je in de media dat men heel voorzichtig wordt met de verslaglegging. Al heel gauw ontaard onafhankelijke journalistiek in een polemiek van voor- of tegenstanders. Ongenuanceerd worden meningen ruw en bot onderuitgehaald. Het debat is verdwenen.
Voor mij is deze polarisatie een reden om me verder terug te trekken van het grootste slagveld. Het slagveld is het domein van de sociale media. Alhoewel ik van bijna alles iets vind, sta ik open voor andere ideeën. Dat wil dus zeggen dat alles wat ik beweer ook voor mij niet de absolute waarheid is. Vaak ventileer ik een mening om mensen tot denken te zetten. Als je dan vaak absolute en keiharde reacties krijgt op de social media, dan haal ik mismoedig mijn schouders op. Van hoor, wederhoor is in deze toxische omgeving geen sprake. Zit ik hierop te wachten? Het ergste is Twitter ofwel X. Ik heb vorige week een kruis gezet door X. Dit ooit informatieve social mediakanaal is verworden tot een digitale beerput, zeker nadat Elon Musk het heeft ingepalmd. Na geloof ik 14 jaar heb ik de app verwijderd. Weg ermee.
Van een ander social mediakanaal heb ik een half jaar geleden afscheid genomen: TikTok. De opkomst met dansfilmpjes leek onschuldig, maar het gif van dit social medium is zo mogelijk nog verwoestender dan van X. Vooral omdat vaak veel te jonge kinderen hier breeduit hun vermaak vinden, en daarbij beïnvloed raken door influencers, die de kinderen tot waanideeën brengen. Het is zowat de enige nieuwsbron voor de jeugd. Kranten lezen ze niet en ze kijken niet naar het journaal op TV. TV is het medium van opa en oma; muf en saai. Ik raak hier behoorlijk depressief van.
Ouders en onderwijzers krijgen het hoe langer hoe moeilijker om de kinderen normale dingen aan te leren. Kinderen spelen nauwelijks meer samen buiten en raken sociaal gemankeerd. En aangezien de jeugd qua digitale vaardigheden een straatlengte voorligt op hun vaders en moeders, hebben deze laatsten geen idee wat hun kroost doet of hoe ze worden gebrainwasht door de sociale media. Ook de erkenning van het gevaar ontbreekt. Gevolg is dat er om niets conflicten ontstaan in het ouderlijk huis en het ouderlijk gezag daarbij zwaar wordt ondermijnd.
En hoelang is de digitale wereld überhaupt nog veilig, met duizenden cyberaanvallen per dag?
Daarnaast zijn allerlei grote crises aan het ontstaan. De opwarming van de aarde, de verandering van het klimaat, de enorme inflatie, de verschillen in inkomens, het ontbreken van vaklui, woningtekorten, de inflatie, de hoge rente en noem verder maar op. Waar moet dit toch naar toe?
Leefden we tot pakweg 10 jaar geleden in een soort van paradijs, inmiddels zijn er allerlei ontwrichtende ontwikkelingen aan de gang. Wat staat ons te wachten? Een derde wereldoorlog, verwoestende natuurverschijnselen, een economische ineenstorting, de GROTE cyberhack? Het belooft niet veel goeds. De vraag is in hoeverre je als individu deze ellende kunt afwenden. Je middelen zijn beperkt, maar samen kun je wellicht nog wel wat bereiken. Neem dat maar mee als je in november het stemformulier gaat invullen.
En wellicht ergens een kaarsje opsteken en hopen dat het toch nog goed komt.